Een abdij in Zweden

Een wandeling door de abdij

‘Zo’n plan moet als het ware geboren worden en dat duurt een heel jaar. Mijn neef heeft dat met toewijding volbracht en met alle moeite en vreugde die dat met zich meebrengt. De laatste verworvenheden van mijn architectuurstudies heeft hij er in verwezenlijkt en daarom kon hij mij op de 26e mei geen mooier cadeau brengen. Het is uit de samenwerking ontstaan van een oude monnik en een jonge architect.’

Dom Hans van der Laan, brief aan Moeder Tyra (over de voltooiing van de ontwerpplannen van het klooster te Tomelilla, 31 mei 1987)

© Photo Coen Van Der Heiden © Photo Coen Van Der Heiden
© Photo Caroline Voet © Photo Caroline Voet
© Photo Caroline Voet © Photo Caroline Voet
© Photo Caroline Voet © Photo Caroline Voet

Het laatste object waarover we nog moeten discussiëren is de kerk. Een horizontale ontwikkeling van de ruimte, als ik had gehoopt hier in Vaals, is niet mogelijk vanwege de schuinte van het dak, voornamelijk die van de zijbeuken. Omwille van dit dak, zijn de ramen boven de pijlerstellingen van de gallerijen aangebracht. Bovendien, konden er geen ramen voorzien worden aan de voorzijde of achterzijde van het schip, doordat de kerk is ingesloten tussen twee vleugels. Het laatste lijkt me beter voor een kerk binnen een klooster. Bijgevolg zal de ruimte van de kerk binnenin het (hoge) karakter van een basiliek hebben, waartegen ik geen bezwaar heb.

(Quote Dom Hans van der Laan)

© Photo Caroline Voet © Photo Caroline Voet
© Photo Coen Van Der Heiden © Photo Coen Van Der Heiden
© Photo Coen Van Der Heiden © Photo Coen Van Der Heiden
“Deze tuin zou ons moeten voorzien van alles wat we nodig hebben om te bestaan: een compleet beeld voor onze ogen, een uitgestrektheid die groot genoeg is om in te wandelen, en zelfs de mogelijkheid voor menselijke activiteit, zelfs al was het maar om naar de tuin te gaan. Maar armen, benen en de zintuigen in ons hoofd vormen niet ons hele bestaan; we hebben ons verstand en daardoor vragen we een orde om ons heen die we kunnen begrijpen - niet de ongelimiteerde orde van de natuurlijke schepping, maar een orde die aangepast is aan ons intellect en die we creëren voor onszelf. Dat is waarom ik sprak van een gamma aan maten voor de verschillende vleugels in de algemene compositie van uw klooster. Dit gamma zal zowel gebruikt worden in de interieur ruimte als voor de details van de ramen en de kolommen en op vergelijkbare wijze zal dit gedaan worden op de grotere schaal van het volledige domein. (Quote Dom Hans van der Laan)”
© Photo Coen Van Der Heiden © Photo Coen Van Der Heiden
© Photo Caroline Voet © Photo Caroline Voet
© Photo Coen Van Der Heiden © Photo Coen Van Der Heiden
© Photo Coen Van Der Heiden © Photo Coen Van Der Heiden

‘Alleen een kloostergebouw, al zou het binnenhoven hebben, zou niet voldoende zijn om hier uw woonplaats, uw echt verblijf als moniale te vinden. De ruimte om het huis heen is even essentieel, het is als het ware de ruimte van de natuur die door het binnen van het kloostergebouw bewoonbaar wordt gemaakt. Daarom stuurde ik u ook in eerste instantie een tekening van de ganse clôture.’
In mijn studies over de architectuur leg ik steeds grote nadruk op die allereerste van alle architectonische betrekkingen, namelijk die van het binnen met het buiten, omdat wij door het binnen van het huis de natuurlijke ruimte voor ons bewoonbaar maken. Zoals de kleding ons lichamelijk bestaan vernieuwt, zo moeten ook onze gebouwen de natuurlijke ruimte vernieuwen hetgeen in de tuin van uw klooster moet gebeuren.’

(Quote Dom Hans van der Laan)

© Photo Caroline Voet © Photo Caroline Voet
© Photo Coen Van Der Heiden © Photo Coen Van Der Heiden
© Photo Coen Van Der Heiden © Photo Coen Van Der Heiden
Loading content…